“Asbestattest zal verkoop woningen vertragen”

Wie vanaf 23 november een huis verkoopt dat dateert van voor 2001 heeft verplicht een asbestattest nodig. En dat is niet zomaar een vodje papier. “Ook al heb je een akkoord met de kopers, zonder zo’n attest is een huis of elk ander gebouw groter dan 20 vierkante meter niet verkoopbaar en een eventueel compromis niks waard”, zegt Filip Dewaele van Dewaele Vastgoedgroep. Dewaele ziet dat veel verkopers de aanvraag van zo’n asbest nog even voor zich uit duwen, maar da’s niet zonder gevaar. “In het begin zullen de experts overrompeld worden, wat onlosmakelijk voor lange wachttijden kan zorgen. De agenda’s van veel gecertificeerde deskundigen lopen nu al vol.”

“In Vlaanderen zit naar schatting nog zo’n 2,3 miljoen ton asbest in 2,7 miljoen gebouwen. Tot het gebruik ervan in 2001 werd verboden, werd asbest gebruikt in meer dan 3.500 toepassingen. Zo werd het in bouwmaterialen verwerkt omwille van zijn brandwerende en isolerende eigenschappen of als wapening in cement. De kans dat je in Vlaanderen asbest vindt in een ouder gebouw is zeer groot. In 70 tot 90 procent van de gevallen stoot men op asbest, tenzij er eerder een totaalrenovatie heeft plaatsgevonden. In heel veel vormen vormt de aanwezigheid van asbest op zich geen gevaar zo lang je eraf blijft. Het is wel belangrijk er op een doordachte manier mee om te springen en als koper te weten waar je aan toe bent. Het asbestattest is dan een goed en overzichtelijk instrument.” ​ Filip Dewaele, gedelegeerd bestuurder Dewaele Vastgoedgroep

“Maar als asbestdeeltjes zich in de lucht kunnen verspreiden, zijn ze een levensgevaarlijk stof, een stille doder. Uiteraard juichen we dus toe dat er zorgzaam mee omgesprongen wordt en het gevaar in kaart wordt gebracht. Gezien de vele toepassingen van asbest, is het niet makkelijk om asbest te herkennen. Zeker ook met de op til zijnde renovatieplicht is het dus belangrijk om mogelijke risico in kaart te brengen. Vanaf 1 januari 2023 moeten alle woningen en appartementen die aangekocht worden met EPC-label E of F binnen de 5 jaar na aankoop verplicht gerenoveerd worden. Dat zullen dus ook vooral oudere panden zijn, waar het risico dat er asbest in zit groot is. Zeker voor doe-het-zelvers – maar ook voor eventuele professionals die ze inhuren – is het dan van levensbelang dat ze op de hoogte zijn van de mogelijke gevaren.” ​ Filip Dewaele, gedelegeerd bestuurder Dewaele Vastgoedgroep

Enkel een gecertificeerd asbestdeskundige kan een asbestattest opstellen. Op de site van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij OVAM, die behalve bodemattesten ook het nieuwe asbestattest aflevert, zijn een 600-tal asbestdeskundigen nodig om in de eerste jaren aan een basiscapaciteit te voldoen. Ook al hebben momenteel meer dan 1.200 personen een vooropleiding gevolgd, momenteel zijn er maar een 100-tal vergund.

“Je moet ook rekenen dat er in het begin een ware overrompeling dreigt. Veel mensen van wie het pand nu te koop staat, kijken de kat nog even uit de boom. Onze makelaars begeleiden hen daar uiteraard bij, maar hebben daar ook begrip voor: het gaat toch om een extra kost gaat van al snel om en bij de 500 à 600 euro – afhankelijk van de gebruikte materialen en de oppervlakte. Maar ze riskeren dan wel dat ze na 23 november een eventuele koper verliezen, want zonder asbestattest is hun compromis niks waard. En aangezien elk pand van voor 2001, minstens 20 vierkante meter groot en 1,5 meter hoog onderzocht moet worden – dus ook bijvoorbeeld garages, kantoren en loodsen – gaat dat om heel wat werk. Ook al omdat het niet enkel gaat om panden die te koop kómen, maar ook om alle vastgoed dat nu al te koop staat.” ​ Filip Dewaele, gedelegeerd bestuurder Dewaele Vastgoedgroep

“Een asbestattest verkrijgen duurt theoretisch al snel twee weken. De verkoper moet een aanvraagformulier invullen, waarna een inspecteur in veiligheidspak en met mondmasker ter plaatse komt om het pand te onderzoeken en staalnames te doen. Die moeten op hun beurt onderzocht worden in een labo. Pas als die resultaten bekend zijn, kan de inspecteur zijn inventaris doorsturen naar de overheidsdienst OVAM, die het uiteindelijke asbestattest aflevert. En ook zij zullen zeker in het begin de handen meer dan vol hebben.” Filip Dewaele, gedelegeerd bestuurder Dewaele Vastgoedgroep