De Woningbouwwet - beter gekend onder de naam “de wet Breyne” - komt aan bod bij de aankoop van een nog te bouwen woning of een woning in aanbouw. Wij geven je mee waarom deze wet in het leven werd geroepen en welke garanties ze biedt.
De wet Breyne bestaat sinds 1971 en werd voorzien om de kopers van deze nog te bouwen woningen of woningen in aanbouw - de zogenaamde ‘sleutel-op-de-deur’ en ‘verkoop-op-plan’ - een betere bescherming te bieden, bijvoorbeeld tegen de insolvabiliteit van de bouwpromotor.
Daarenboven garandeert de wet Breyne dat aan de koper volledige, correcte en transparante informatie wordt verschaft en voorziet ze verschillende financiële garanties.
Doordat de meeste regels die in de wet Breyne zijn opgenomen van dwingend recht zijn, kunnen partijen er onderling niet van afwijken; je kan de wet Breyne bijgevolg niet omzeilen.
De wet Breyne is van toepassing wanneer de verkoper, promotor of aannemer er zich toe verbindt om een afgewerkte woning - die zowel als hoofdverblijfplaats, tweede verblijf of opbrengsteigendom (nl.: verhuur) mag worden gebruikt - te bouwen, te laten bouwen of te verschaffen. Zo is de wet niet alleen van toepassing op een verkoopovereenkomst, maar ook op een aannemingsovereenkomst, waarbij de wet bescherming biedt voor de bouwheer t.o.v. de door hem aangestelde aannemer.
De verkoop van een reeds bestaand huis of appartement kan ook onder het toepassingsgebied van de wet Breyne vallen indien de verkoper deze woning uitbreidt of verbouwt, al moet de totale prijs van de werken dan minstens 80% van de verkoopprijs van de woning zijn en meer dan 18.600 bedragen.
In beide gevallen ga je in zee met een promotor - die in dat geval een verzameling is voor de termen verkoper, aannemer, lastgever, projectcoördinator - aan wie je minstens één betaling doet voor de voltooiing van de werken. Sloot je met verschillende aannemers contracten af die elk verschillende aspecten van het project behartigen of worden alle betalingen uitgesteld tot na de voorlopige oplevering, dan is de wet Breyne niet van toepassing.
De Wet Breyne vereist dat er een duidelijk, volledig en schriftelijk contract wordt afgesloten tussen partijen. In deze compromis moeten een aantal zaken verplicht worden opgenomen:
Daarnaast moet de tekst van de artikels 7 en 12 van de wet Breyne letterlijk worden opgenomen in de compromis zodat de koper erkent minstens vijftien dagen voorafgaand aan het afsluiten van de overeenkomst voldoende geïnformeerd te zijn geweest over de essentiële elementen van deze verkoopovereenkomst.
Tenslotte moeten bij de compromis verplicht de nauwkeurige plannen en gedetailleerde bestekken van de werken worden gevoegd die door de architect ondertekend zijn. Op die manier weet de koper op welke manier en met welke materialen de werken zullen worden uitgevoerd. Is er sprake van een situatie van mede-eigendom, dan moeten ook de basisakte en het reglement van mede-eigendom - ook wel de statuten van het gebouw genoemd - worden toegevoegd.
Een belangrijke verwezenlijking van de wet Breyne is het feit dat de promotor door deze wetgeving verplicht een waarborg moet stellen in het voordeel van de koper of opdrachtgever. Op die manier wordt deze koper of opdrachtgever beschermd indien de promotor zijn verplichtingen niet zou nakomen en de bouwwerken met vertraging, dan wel niet of niet volledig uitvoert.
Deze waarborg kent twee vormen, afhankelijk of er gewerkt wordt met een erkende aannemer of niet:
Eénmaal de werken zijn afgerond, wordt de woning opgeleverd in twee fases, nl. de voorlopige en definitieve oplevering en begint de termijn inzake 10-jarige aansprakelijkheid te lopen.
De inlichtingen zoals meegedeeld op deze pagina zijn louter van algemene aard en kunnen geenszins als sluitende professionele juridische adviesverlening aangepast aan specifieke of concrete persoonlijke omstandigheden worden beschouwd.
op 13 september 2021
Schrijf je in voor de tweewekelijkse e-mail en ontvang gratis nuttige tips en advies om zowel je huis te verkopen of verhuren.